Sleutels kwijt, of je komt niet op een naam. Word je dement, of gewoon ouder? De ziekte van Alzheimer tast geheugen en denkvermogen veel erger aan dan ‘gewoon’ verouderen dat doet. De volgende tien waarschuwingssignalen en symptomen helpen je het een van het ander te onderscheiden.
10 symptomen van dementie
1. Geheugenverlies
Een veelvoorkomend teken van de ziekte van Alzheimer is het niet opslaan van nieuwe informatie. Ook het vergeten van belangrijke data of gebeurtenissen, steeds dezelfde dingen vragen en een toenemende afhankelijkheid van geheugensteuntjes, zijn serieuze signalen.
Even niet op een naam komen of een keer een afspraak vergeten, zijn dat niet.
2. Niet meer goed kunnen plannen of een probleem oplossen
Soms lukt het niet meer een bekend recept te volgen of de maandelijkse betalingen te doen. Vaak doen zich concentratiemoeilijkheden voor en alles kost meer tijd.
Maar niks aan de hand als je soms een rekenfout maakt in je administratie.
3. Moeite met vertrouwde taken
Het lukt mensen met Alzheimer vaak niet om taken af te maken. Soms raken ze de weg ineens kwijt of zijn ze de spelregels van een vertrouwd spelletje vergeten.
Hulp nodig hebben bij het instellen van je magnetron, televisie of mobiele telefoon is hinderlijk, maar niet zorgwekkend.
4. Verwarring in tijd en plaats
Mensen met Alzheimer kunnen hun grip op het verstrijken van de tijd verliezen. Ze snappen het niet als iets zich niet meteen voordoet. Soms vergeten ze zelfs waar ze zijn of hoe ze ergens zijn gekomen.
Maar dat je niet altijd meteen weet welke dag van de week het is, maar er wel achter weet te komen, hoort bij normaal verouderen.
5. Moeite met visuele beelden en met ruimtelijk inzicht
Sommige zichtproblemen hebben met Alzheimer te maken: niet meer goed lezen, geen afstand kunnen inschatten en kleuren of contrasten onderscheiden.
Geen reden tot zorg echter over zichtveranderingen als gevolg van staar.
6. Problemen met het vinden van woorden
Een gesprek volgen wordt lastig. Mensen stoppen midden in de conversatie en weten dan niet meer waar het over gaat. Ze kunnen niet op woorden komen of benoemen dingen verkeerd.
Niet op het juiste woord kunnen komen, overkomt ons allemaal wel eens.
7. Dingen op een vreemde plek opbergen en je gangen niet kunnen nagaan
Iemand met Alzheimer bergt dingen vaak op heel ongebruikelijke plekken op en kan ze dan niet meer vinden. Dit kan gaandeweg verergeren.
Je sleutels kwijt zijn en je stappen nagaan om ze te vinden, hoort bij normaal verouderen.
8. Verminderd of slecht inschattingsvermogen
Mensen met de ziekte van Alzheimer schatten dingen anders in dan voorheen. Ze laten zich bijvoorbeeld door telemarketeers geld ontfutselen. Ze zorgen ook minder goed voor zichzelf.
Zo nu en dan een totaal foute beslissing nemen, hoort gewoon bij de leeftijd. Overigens, bij elke leeftijd.
9. Onttrekken aan sociale aangelegenheden
Iemand met Alzheimer houdt zich minder bezig met hobby’s of sociale activiteiten. Belangstelling voor favoriete bezigheden neemt af en om bovengenoemde redenen wordt sociaal verkeer vermeden.
Dat je af en toe geen zin hebt in je familie, is geen aanwijzing voor Alzheimer.
10. Veranderingen in gemoedsgesteldheid en persoonlijkheid
Stemming en persoonlijkheid van mensen met Alzheimer veranderen. Ze kunnen verward raken, achterdochtig, depressief, ongeremd, angstig of zorgelijk.
Sterk hangen aan je eigen manier van doen en geïrriteerd raken als die routine verstoord wordt, is dan weer heel normaal.
